WOOOHOOO! Bonuslevel! PING PING PING PING PING!
Alles wat er nu nog gebeurt is bonus, extra, gratis, meevaller - alsof je in de Efteling mag blijven terwijl de rest het hek al wordt gewezen. Want man-of-vrouw, wat zit hier een tevreden vent achter de computer - en dat terwijl ik hier nog anderhalve maand op m'm strippenkaart heb staan!
Eindelijk was het zover, de coast-to-coast roadtrip van Kaapstad tot voorbij Durban, waar ondertussen elke vezel in m'n lijf klaar voor was. En het gezelschap was al net zo smakelijk als de trip. Zoals aangekondigd stond Harm op zaterdag 25 april gewapend met camera en een koffer goede zin op het vliegveld. Door een magisch trucje van de weergoden was het echter zo bewolkt en regenachtig dat zelfs de Tafelberg niet te zien was, dus deze dag hebben we doorgebracht met een origimai indoor-safari. Na Harm in de hierop volgende dagen nog zoveel mogelijk perspectieven op Kaapstad te hebben gegeven (hoog, laag, nuchter, ontnuchterend) werd het eigenlijk vanzelf dinsdag.
28 April - jarig (bedankt voor die bloemen) en het was tijd om het quattro voor de roadtrip te verzamelen in een blauwe jongensachtige soepele Mazda3. Anton (militair), Brent (designer), Harm (entrepreneur) en ik (beroepsouwehoer). Een betere samenstelling voor een boyband/rescueteam/researchploeg of homorechtenactivistenreisbegeleiders had ik me niet kunnen indenken. Maargoed, dag 1 van de roadtrip - Shark Cage Diving. Geef mijn portie maar aan fikkie dacht ik nog (ik ben geen waterrat en heb nog minder met haaien). Uiteindelijk was ik het eerste haaienportie dat met een It's My Birthday button op m'n wetsuit de kooi in mocht...
Na een biologische lunch in Suurbraak reden we door naar Oudtshoorn. Uiteraard met de nodige tussenstoppen die een roadtrip blijkbaar eigen zijn, simpelweg omdat het kan. En natuurlijk om stoepkrijt/brandblusser/puddingbuks of handrem even uit te proberen. We vervolgden onze weg over de Garden Route naar mooie plekjes als Knysna en Plettenberg Bay, waarbij we per bestemming verbaasder om ons heen begonnen te kijken. We toonden ons ware verzamelaars en binnen twee dagen waren we een gitaar, zeven hoeden, twee zonnebrillen, een hond, een terrarium, vier bidsprinkhanen een wandelende tak, een kikker, twee laarzen en een deuk rijker. Met avonden die in het teken van grootse beneveldheid stonden, is het een wonder dat we ook geen ochtend onbenut hebben gelaten. Met vier gasten langs de hoogste bungeejump van de wereld rijden kan maar één uitkomst hebben: vier sprongen. Neusje dicht, mutsje op, armpjes vooruit en rekken maar aan dat elastiek. De euforie in je lijf als je eenmaal weer boven zet is te gek en zo verbroederend - Jan zou Wesley met zo'n gevoel gemakkelijk vergeven.
Omdat het toch koninginnedag was en we blij waren dat de koningin nog leefde, hebben we 's avonds de oranjeparty in Port Elizabeth opgezocht waar we 70 Nederlanders in een zaal troffen. Vreemd, toch vertrouwd - een tegenstrijdige mix vol oranje pruiken, vruchten, drankjes en zwoele blikken. Al met al geweldigenoten en de volgende dag met de kater in z'n reismandje de auto weer ingedoken. Nu naar Coffee Bay - een afstand waar we ons lelijk op verkeken. En als je dan eindelijk op nog 10 km te gaan bent en je ziet een bordje 'Putholes' dan worden het nog een hele lange 10 km. Waarom de gaten dichtgooien als je er ook gewoon een bordje neer kan zetten, probleem opgelost toch?
De beloning aldaar was het rijden volledig waard. We bevonden ons eindelijk in de jungle! Heerlijk een beetje struinen over immense rotspartijen, door verlaten bossen, langs prachtige watervallen en door een authentiek Xhosa dorp. Lekker een beetje lullen met de locals - de kliktonians met 11 verschillende tongklanken in de taal. 's Avonds hebben we lokale lekkernijen mogen proeven - al met al een geestverruimende tijd in Coffee Bay. De volgende dag is niet noemenswaardig gezien de regenval die dag, maar we eindigden wel in Umzumbe. In Umzumbe kwamen we in een klam maar uberkool hostel terecht. Nu echt in het hart van de jungle en met jacuzi tussen de bananenbomen. En om de hoek een nieuwe uitdaging: een 100m vrije val van een waterval. Waar de bungeejump nog met alle begeleiding, muziek en gezelligheid een hoop van de zenuwen wist te onderdrukken, was het verhaal hier juist zenuwachtigmakend: "Spring wel een beetje naar rechts als je gaat." "WAT?! Hoezo?" "Links zitten rosten, spring nou maar."
Na uitermate goed verzorgd gebraaid te hebben hadden we onze plek lekker gevonden. 's Avonds heeft Anton voor het team nog een pokertoernooi op zijn naam geschreven terwijl het uitgevallen trio de jacuzi onveilig maakte. Een dag later was het dan toch tijd om via een hete curry in Durban onze eindbestemming op te zoeken: St. Lucia. Een pitoresk Afrikaans dorpje in een moerasgebied waar 's avonds de nijlpaarden nog over straat lopen en 90% van de krokodillenpopulatie van Zuid-Afrika gehuisvestigd is. Tel daar twee natuurparken bij op en je hebt de succesformule van St. Lucia.
Gelijk maar goed begonnen met een safari door het HluHluwepark (spreek uit: ZachteG-lu-ZachteG-luwi) en aldaar op het luipaard na de Big Five gezien. Oftewel wederom olifanten en buffels, maar nu ook giraffes (slowmotionsprinters) en volwassen leeuwen. De teller der wilde dierensoorten stond aan het eind van de dag op 18 dus er kon tevreden teruggekeken worden. Tijdens het hosteldinner dat elke woensdag kosteloos aangeboden wordt kwamen we geheel toevallig een Nederlands stel tegen waar we geweldig mee hebben zitten babbelen. Ik steek niet onder schommelstoelen of banken dat dit stel de 60 gepasseerd was. Toch kan ik eralleen nog maar van dromen om zo jong van geest, bij de tijd en onveranderd verliefd te eindigen als zij.
De trip liep in St. Lucia ten einde en na nog een robbertje vechten met de Indische Oceaan (Ruben vs IO: 0-987) was het tijd om de nijlpaarden en krokodillen nog met een bezoekje te vereren in een kayak. En zo als drie voorverpakte maaltijden voeren we langs grote bekken en bilpartijen. Er stond wat oostenwind, er was de dag ervoor nog iemand jarig geweest en de meivakantie stond voor de deur - neem daarbij de tegenvallende cacoa-oogst in ogenschauw en de wintermode van 2009, dan is het voor iedereen met een beetje gezond verstand een simpele rekensom om te weten te komen dat wij 29 nijlpaarden hebben gezien. Thomas, je zat vorige maand met 27 nijlpaarden het dichtste bij en zal in Nederland dan ook getrakteerd worden op een springbok - ik hoop dat je van Baileys and Creme de Menthe houdt, tis zulk verslavend spul... De volgende prijswinnaar krijgt de zonnebril die Anton droeg toen hij het pokertoernooi op zijn naam schreef en hoeft enkel antwoord te geven op de vraag: Van welk dier is de onderstaande creatie afkomstig?
Op 9 mei was het tijd om elkaar, maar ook onze trouwe vierwieler gedag te zeggen. Een tijd om nooit te vergeten en om in Nederland tijdens een reünie in een verkleedkist vast nog eens flink op te halen.
Ondertussen heb ik weer niet stil kunnen zitten en heb ik eigenlijk alweer een mooi verhaal met een mooie brug naar volgende week. Toch bewaar ik dat verhaal nog even voor als ik ook het einde kan (na)vertellen. Ik verhuis namelijk zaterdag naar de township Guguletu (voor vrienden: Gugs) voor waarschijnlijk een week of twee. Een kijkje door m'n foto's verraadt waar dat ongeveer vandaan komt - na afgelopen weekend m'n Xhosa collega uit Guguletu meegenomen te hebben naar Kaapstad voor een weekend ver boven zijn verwachtingspatroon, gaan we die daad nu omdraaien. Dus ik ga samen met boezemvriend Tim het leven in de township eens van dichtbij bekijken. Het leven van de straat, met Xolisa als trouwe gids. Daarover de volgende keer meer.
Oogjes toe en snaveltjes dicht, Jezus is naar de hemel en op de maan schijnt nog geen licht.
Alles wat er nu nog gebeurt is bonus, extra, gratis, meevaller - alsof je in de Efteling mag blijven terwijl de rest het hek al wordt gewezen. Want man-of-vrouw, wat zit hier een tevreden vent achter de computer - en dat terwijl ik hier nog anderhalve maand op m'm strippenkaart heb staan!
Eindelijk was het zover, de coast-to-coast roadtrip van Kaapstad tot voorbij Durban, waar ondertussen elke vezel in m'n lijf klaar voor was. En het gezelschap was al net zo smakelijk als de trip. Zoals aangekondigd stond Harm op zaterdag 25 april gewapend met camera en een koffer goede zin op het vliegveld. Door een magisch trucje van de weergoden was het echter zo bewolkt en regenachtig dat zelfs de Tafelberg niet te zien was, dus deze dag hebben we doorgebracht met een origimai indoor-safari. Na Harm in de hierop volgende dagen nog zoveel mogelijk perspectieven op Kaapstad te hebben gegeven (hoog, laag, nuchter, ontnuchterend) werd het eigenlijk vanzelf dinsdag.
28 April - jarig (bedankt voor die bloemen) en het was tijd om het quattro voor de roadtrip te verzamelen in een blauwe jongensachtige soepele Mazda3. Anton (militair), Brent (designer), Harm (entrepreneur) en ik (beroepsouwehoer). Een betere samenstelling voor een boyband/rescueteam/researchploeg of homorechtenactivistenreisbegeleiders had ik me niet kunnen indenken. Maargoed, dag 1 van de roadtrip - Shark Cage Diving. Geef mijn portie maar aan fikkie dacht ik nog (ik ben geen waterrat en heb nog minder met haaien). Uiteindelijk was ik het eerste haaienportie dat met een It's My Birthday button op m'n wetsuit de kooi in mocht...
Na een biologische lunch in Suurbraak reden we door naar Oudtshoorn. Uiteraard met de nodige tussenstoppen die een roadtrip blijkbaar eigen zijn, simpelweg omdat het kan. En natuurlijk om stoepkrijt/brandblusser/puddingbuks of handrem even uit te proberen. We vervolgden onze weg over de Garden Route naar mooie plekjes als Knysna en Plettenberg Bay, waarbij we per bestemming verbaasder om ons heen begonnen te kijken. We toonden ons ware verzamelaars en binnen twee dagen waren we een gitaar, zeven hoeden, twee zonnebrillen, een hond, een terrarium, vier bidsprinkhanen een wandelende tak, een kikker, twee laarzen en een deuk rijker. Met avonden die in het teken van grootse beneveldheid stonden, is het een wonder dat we ook geen ochtend onbenut hebben gelaten. Met vier gasten langs de hoogste bungeejump van de wereld rijden kan maar één uitkomst hebben: vier sprongen. Neusje dicht, mutsje op, armpjes vooruit en rekken maar aan dat elastiek. De euforie in je lijf als je eenmaal weer boven zet is te gek en zo verbroederend - Jan zou Wesley met zo'n gevoel gemakkelijk vergeven.
Omdat het toch koninginnedag was en we blij waren dat de koningin nog leefde, hebben we 's avonds de oranjeparty in Port Elizabeth opgezocht waar we 70 Nederlanders in een zaal troffen. Vreemd, toch vertrouwd - een tegenstrijdige mix vol oranje pruiken, vruchten, drankjes en zwoele blikken. Al met al geweldigenoten en de volgende dag met de kater in z'n reismandje de auto weer ingedoken. Nu naar Coffee Bay - een afstand waar we ons lelijk op verkeken. En als je dan eindelijk op nog 10 km te gaan bent en je ziet een bordje 'Putholes' dan worden het nog een hele lange 10 km. Waarom de gaten dichtgooien als je er ook gewoon een bordje neer kan zetten, probleem opgelost toch?
De beloning aldaar was het rijden volledig waard. We bevonden ons eindelijk in de jungle! Heerlijk een beetje struinen over immense rotspartijen, door verlaten bossen, langs prachtige watervallen en door een authentiek Xhosa dorp. Lekker een beetje lullen met de locals - de kliktonians met 11 verschillende tongklanken in de taal. 's Avonds hebben we lokale lekkernijen mogen proeven - al met al een geestverruimende tijd in Coffee Bay. De volgende dag is niet noemenswaardig gezien de regenval die dag, maar we eindigden wel in Umzumbe. In Umzumbe kwamen we in een klam maar uberkool hostel terecht. Nu echt in het hart van de jungle en met jacuzi tussen de bananenbomen. En om de hoek een nieuwe uitdaging: een 100m vrije val van een waterval. Waar de bungeejump nog met alle begeleiding, muziek en gezelligheid een hoop van de zenuwen wist te onderdrukken, was het verhaal hier juist zenuwachtigmakend: "Spring wel een beetje naar rechts als je gaat." "WAT?! Hoezo?" "Links zitten rosten, spring nou maar."
Na uitermate goed verzorgd gebraaid te hebben hadden we onze plek lekker gevonden. 's Avonds heeft Anton voor het team nog een pokertoernooi op zijn naam geschreven terwijl het uitgevallen trio de jacuzi onveilig maakte. Een dag later was het dan toch tijd om via een hete curry in Durban onze eindbestemming op te zoeken: St. Lucia. Een pitoresk Afrikaans dorpje in een moerasgebied waar 's avonds de nijlpaarden nog over straat lopen en 90% van de krokodillenpopulatie van Zuid-Afrika gehuisvestigd is. Tel daar twee natuurparken bij op en je hebt de succesformule van St. Lucia.
Gelijk maar goed begonnen met een safari door het HluHluwepark (spreek uit: ZachteG-lu-ZachteG-luwi) en aldaar op het luipaard na de Big Five gezien. Oftewel wederom olifanten en buffels, maar nu ook giraffes (slowmotionsprinters) en volwassen leeuwen. De teller der wilde dierensoorten stond aan het eind van de dag op 18 dus er kon tevreden teruggekeken worden. Tijdens het hosteldinner dat elke woensdag kosteloos aangeboden wordt kwamen we geheel toevallig een Nederlands stel tegen waar we geweldig mee hebben zitten babbelen. Ik steek niet onder schommelstoelen of banken dat dit stel de 60 gepasseerd was. Toch kan ik eralleen nog maar van dromen om zo jong van geest, bij de tijd en onveranderd verliefd te eindigen als zij.
De trip liep in St. Lucia ten einde en na nog een robbertje vechten met de Indische Oceaan (Ruben vs IO: 0-987) was het tijd om de nijlpaarden en krokodillen nog met een bezoekje te vereren in een kayak. En zo als drie voorverpakte maaltijden voeren we langs grote bekken en bilpartijen. Er stond wat oostenwind, er was de dag ervoor nog iemand jarig geweest en de meivakantie stond voor de deur - neem daarbij de tegenvallende cacoa-oogst in ogenschauw en de wintermode van 2009, dan is het voor iedereen met een beetje gezond verstand een simpele rekensom om te weten te komen dat wij 29 nijlpaarden hebben gezien. Thomas, je zat vorige maand met 27 nijlpaarden het dichtste bij en zal in Nederland dan ook getrakteerd worden op een springbok - ik hoop dat je van Baileys and Creme de Menthe houdt, tis zulk verslavend spul... De volgende prijswinnaar krijgt de zonnebril die Anton droeg toen hij het pokertoernooi op zijn naam schreef en hoeft enkel antwoord te geven op de vraag: Van welk dier is de onderstaande creatie afkomstig?
Op 9 mei was het tijd om elkaar, maar ook onze trouwe vierwieler gedag te zeggen. Een tijd om nooit te vergeten en om in Nederland tijdens een reünie in een verkleedkist vast nog eens flink op te halen.
Ondertussen heb ik weer niet stil kunnen zitten en heb ik eigenlijk alweer een mooi verhaal met een mooie brug naar volgende week. Toch bewaar ik dat verhaal nog even voor als ik ook het einde kan (na)vertellen. Ik verhuis namelijk zaterdag naar de township Guguletu (voor vrienden: Gugs) voor waarschijnlijk een week of twee. Een kijkje door m'n foto's verraadt waar dat ongeveer vandaan komt - na afgelopen weekend m'n Xhosa collega uit Guguletu meegenomen te hebben naar Kaapstad voor een weekend ver boven zijn verwachtingspatroon, gaan we die daad nu omdraaien. Dus ik ga samen met boezemvriend Tim het leven in de township eens van dichtbij bekijken. Het leven van de straat, met Xolisa als trouwe gids. Daarover de volgende keer meer.
Oogjes toe en snaveltjes dicht, Jezus is naar de hemel en op de maan schijnt nog geen licht.

